Als begeleiders van anderen genieten The Sadies eigenlijk meer aanzien dan voor hun eigen werk. Dat is niet terecht zoals hun laatste album Northern Passages uit 2017 maar weer eens bewijst. De Canadese gebroeders Dallas en Travis Good ontgoochelen nooit met hun gestileerde mix van folk, country, surf, garage, rock, psychedelica en punk. Eigenlijk alle muzieksoorten en -smaken zijn in goede handen bij de Goods. En ze weten altijd zo een volkomen eigen klankkleur – een soort van ‘harde Byrds’ – te creëren dat het het noorderlicht op het artwork in originaliteit zelfs overtreft. Noteer: 29 april in Paradiso Noord.
‘De meest onderschatte band ter wereld’
The Sadies werden vanaf hun eerste oprispingen in de nineties al onder de aandacht gebracht door onze favoriete promoman, onze ambassadeur Robbie Klanderman. Hoe vaak hebben we niet van hem moeten horen dat deze band uit Toronto de meest onderschatte ter wereld is? We zijn eerlijk gezegd de tel een beetje kwijt geraakt. We zijn inmiddels weer 20 jaar verder en Robbie is nog altijd even enthousiast over de band. En hij promoot ze nog steeds. Never change a winning team. In al die tijd hebben we de gebroeders Good platen zien maken met bijvoorbeeld soulzanger André Williams en Jon langford van The Mekons, maar ook met hun onvolprezen landgenoten Neko Case en Gord Downie van ‘The Hip’. De kwaliteit is altijd onverminderd hoog. Toch zouden we weleens aandacht willen vragen voor hun ‘soloplaten’ waarmee we hier hun eigen Sadies-albums bedoelen. Daar zit zoveel moois tussen.
Het rockt en het heeft een melodie
Waar moet een mens beginnen? Het zijn er zoveel. Zelf vinden ze altijd hun laatste plaat de beste, en anders de volgende, maar die is er nog niet. Dus gooien we na anderhalf jaar nog maar eens de door Dallas geproduceerde Northern Passages erop. Die geeft in de eerste nummers alle smaken die ze in huis hebben al prijs. We beginnen met folkpopsong Riverview Fog die je dezelfde melancholie bezorgt als Simon & Carmiggelt. Dat nummer is zo mooi dat je het meteen twee keer achterelkaar wilt horen, wij wel tenminste.
In het volgende nummer Another Season Again gaat de zweep er meteen meedogenloos overheen. Dit is garagerock met een moddervette gitaarsolo in het midden. Het rockt en het heeft een melodie die direct blijft hangen. Dan komt There Are No Words. Het lijkt verdorie wel een kaping van hun album door The Smithereens, de meest onderschatte gitaarband uit de eighties. Het idee alleen al.
Als begeleiders van anderen genieten The Sadies eigenlijk meer aanzien dan voor hun eigen werk.
Het woord is aan Kurt Vile
En dan, ja dan is het woord aan Kurt Vile als zanger van het nummer It’s Easy (Like Walking). Dit komt wel heel dicht bij diens band The Violators. Maar daar houden we toevallig enorm van, dus kom maar door Kurt. Maar Kurt, steel jij daar nou een tekstvondst van Mickey Jupp, onze favoriete pubrocker allertijden? We horen de vergelijking tussen een (lucht)gitaar en een kruk om mee te lopen. Die kennen we nog uit Old Rock ‘n’ Roller van het onvergetelijke album Juppanese op blauw vinyl op Stiff Records (1978). Beter goed gestolen dan slecht verzonnen, zeggen de liefhebbers dan altijd. Voor het vergelijkend warenonderzoek zie de tekstcitaten hieronder. Fantastisch nummer trouwens, Sadies!
My left hand's got a permanent
air guitar tick.
But don't confuse it with a crutch.
'Cause I like it a lot.
(The Sadies & Kurt)
I’m getting too old - I'm way out
of touch.
I don't play guitar - I use it as a crutch.
As for my singing - well that ain't up to much.
(Mickey Jupp)
It’s Easy (Like Walking) feat. Kurt Vile, Live In Detroit
Psychedelisch, maar nog wel steeds pop
Op het gevaar af dat we hier weer een heel album nummer voor nummer gaan bespreken – de gemakzucht ten top! – kunnen we het niet nalaten te wijzen op de volgende twee bangers. Eerst: The Elements Song, dat ergens tussen The Byrds en Pink Floyd mét Syd Barrett in hangt. Dat mag je gewoon niet missen. Psychedelisch, maar nog wel steeds pop. Dan: Through Strange Eyes, dat klinkt als een teaser voor de reünie van The Long Ryders, die we binnenkort gaan zien in Den Haag. Ambassadeursexcursie! Hoor die solerende surfgitaar eens dwars door dat countryrocknummer galopperen. Het klinkt als thuiskomen voor die boys, wat in feite ook zo is. De plaat is namelijk opgenomen waar ze ooit begonnen in het ouderlijk huis in Toronto.
Through Strange Eyes
Binnenkort voor het eerst in lange tijd in Amsterdam
We zijn nu net over de helft van de plaat. Wie doorgaat stuit nog op het met fiddles opgetuigde Dylaneske God Bless The Infadels. We verspraken ons bijna door te zingen God Bless The Ramones, maar dat is een nummer van Jason Ringenberg, van zijn nieuwe plaat Stand Tall. Die is voor het volgende ambassadeursuitje. Excuus, in ons enthousiasme waren we even afgeleid. Denk niet dat The Sadies het ons kwalijk nemen. Zolang we maar niet vergeten te zeggen dat ze binnenkort voor het eerst in lange tijd te zien zijn in Amsterdam. In 2007 en in 2008 stonden ze in de kleine zaal. Op 29 april doen ze aan schaalvergroting in Paradiso Noord. Dit verhaal moet nu in stijl afgesloten worden met de slottrack The Noise Museum, zo’n filmische surf instrumental waar de Goods het patent op lijken te hebben.
Tekst door: Robbert Tilli
Koop hier je kaarten voor The Sadies op 29 april in Paradiso Noord.