What's on
News overview

Rootsrockduo Ida Mae scoort hoog op de originaliteitsmeter

22 August, 2019

Ida Mae 2019

Onze ambassadeur Eddie Aarts omzeilt bij zijn blog over het Britse man/vrouw rootsrockduo Ida Mae de voorspelbare vergelijkingen met beroemde voorgangers uit het verleden, om daar vervolgens in een PS’je toch op terug te komen. De strekking van zijn betoog is duidelijk: dit tweetal kan ruimschoots zonder al die op zich goedbedoelde vermeldingen, waarvan iedereen de namen zelf ook wel kan invullen. Hij raadt aan om gewoon op 22 september in Paradiso Noord de muziek van Chris Turpin en Stephanie Jean te ondergaan. Iedereen zal dan kunnen constateren dat ze hoog scoren op de originaliteitsmeter.

Groot besef van de waarde van de oerstijlen

Het is het soort in bijzinnen of inleidingen verstopte informatie die je bij het lezen van artikelen of plaatbesprekingen maar al te vaak voor lief neemt: de muzikale voorgeschiedenis van artiesten. Pas de laatste jaren valt me op hoe vaak zangers en zangeressen die passen binnen het Sugar Mountain-kader pas na een, al dan niet geslaagde, start in heel andere genres belanden in ‘roots’ stijlen. Lieden als Guns N’ Roses bassist Duff McKagan, die onlangs met een heuse countryplaat voor de dag kwam, zijn dan opvallende voorbeelden, maar beslist niet de uniek. En het verschijnsel is van alle tijden en vast ook verklaarbaar. Jongeren zetten zich nu eenmaal graag af tegen oudere generaties en dus is het gaan spelen van de jazz, soul of bluegrass waar je vader mee opgroeide meestal niet de eerste keuze.

Het besef hoeveel die oerstijlen muzikaal gezien te bieden hebben, komt maar al te vaak met de jaren. Terugkeer naar die basis legt vervolgens vaak pas het échte talent van de jongere muzikanten bloot. De vroege schreden op het muzikale pad blijven een grappig gegeven. Want kunt u zich Gillian Welch voorstellen als bassiste in een goth band of achter de drums in een psychedelisch suforkestje?  Of John Moreland in een metalcore band?

​Onze ambassadeur Eddie Aarts omzeilt bij zijn blog over het Britse man/vrouw rootsrockduo Ida Mae de voorspelbare vergelijkingen met beroemde voorgangers uit het verleden, om daar vervolgens in een PS’je toch op terug te komen.

My Girl is a Heartbreak

Niet zo rootsy voorgeschiedenis

Ook het Britse duo Ida Mae heeft zo’n voorgeschiedenis. Chris Turpin en Stephanie Ward lieten voor het eerst van zich horen in de indieband Kill It Kid. Het kwartet deed het dankzij drie prima platen en uitgebreid toeren helemaal niet gek. Een paar jaar geleden zetten Turpin en Ward hun groepsactiviteiten toch voor onbepaalde tijd op een laag pitje en begin dit jaar viel het doek definitief.

Belangrijkste reden was ongetwijfeld dat het (inmiddels getrouwde) stel definitief koos voor de duovorm, onder de naam Ida Mae. Hun voorliefdes voor ‘oude stijlen’ staken ze in Kill It Kid overigens niet helemaal onder stoelen of banken. Ward was dol op oude, vocale jazz hetgeen we al enigszins terughoorden in haar zang. En de inspiratie voor Turpins rauwe gitaarstijl was onmiskenbaar en hun bandje werd niet bij toeval vernoemd naar een nummer van Blind Willie McTell.

​Onze ambassadeur Eddie Aarts omzeilt bij zijn blog over het Britse man/vrouw rootsrockduo Ida Mae de voorspelbare vergelijkingen met beroemde voorgangers uit het verleden, om daar vervolgens in een PS’je toch op terug te komen.

Boom Boom Boom - Live @ Variety Playhouse, Atlanta

Debuutalbum als uitlaatklep

De voorliefdes van de twee krijgen op het eerder dit jaar verschenen Ida Mae-debuutalbum Chasing Lights een fantastische uitlaatklep . Het ruige Boom Boom Boom spat direct van de plaat en ook in Higher Than The Light, Reaching en Feel Them Getting Closer trekt het duo van leer met een gruizige doorleefdheid die gezien hun jonge leeftijd onwaarschijnlijk lijkt.

Maar datzelfde kan gezegd worden van de juist ingetogen, bloedmooie samenzang die elders op de plaat domineert in ook nog eens wonderschoon gecomponeerde nummers als Sweet Abandon, Love Is Still A Long Road of Rightfully, Honestly. Falsetstemmen verwerden de afgelopen jaren tot een soms erg makkelijk ingezet trucje, maar met dat laatste nummer zet Turpin collega’s die zich daarvan al te makkelijk bedienden fijntjes op hun plaats.

​Onze ambassadeur Eddie Aarts omzeilt bij zijn blog over het Britse man/vrouw rootsrockduo Ida Mae de voorspelbare vergelijkingen met beroemde voorgangers uit het verleden, om daar vervolgens in een PS’je toch op terug te komen.

Reaching

De stimulerende inbreng van producer Johns

Producer Ethan Johns vertelde me eerder dit jaar tijdens een interview hoe zijn aanpak zich in de loop der jaren ontwikkelde. Naast een rotsvast vertrouwen in analoge opnametechnieken en ruimte voor improvisatie, is vooral zijn bijna ‘passieve’ rol daarbij van belang. Johns benadrukte dat het ‘faciliteren’ en het stimuleren van vertrouwen in eigen kunnen en gevoel van de artiesten onder zijn hoede eigenlijk zijn allerbelangrijkste inbreng vormen.

Dat heeft tijdens de samenwerking met Ida Mae overduidelijk ook gewerkt. Want zonder dat dat een moment geforceerd klinkt, vinden Ward en Turpin een knappe harmonie tussen expressieve uitersten. In Peter Gabriels Real World studio wist men die ook nog eens perfect te pakken. In mijn plaatbespreking voor het blad Heaven bestempelde ik Ida Mae als ‘meer dan veelbelovende nieuwkomers’ en prees ik Chasing Lights aan als ‘een plaat om te koesteren’. Diverse registraties van wat het duo live presteert circuleren inmiddels op het internet en ook die doen me reikhalzend uitzien naar hun Nederlandse podiumdebuut eind september, waar we hopelijk zowel rauw vuurwerk als bloedstollend mooie momenten mogen verwachten.

PS: Voor wie zich afvraagt waarom hierboven nergens (zoals in ongeveer álle besprekingen elders) de naam van The White Stripes valt? Omdat Ida Mae dat #@%& helemaal niet nodig heeft en de oren van een beetje Sugar Mountain-volger ook zonder zo’n vergelijking hopelijk allang zijn gespitst.

Tekst door: Eddie Aarts

Koop hier je kaarten voor Ida Mae op 22 september in de Tuinzaal in Paradiso Noord.