Je kunt je verzetten tegen je godsdienstige opvoeding, of je benut het ten volle in je muziek zoals Parker Millsap. Niet alleen zijn jeugd bij de Pinkstergemeente levert interessante teksten op maar ook zijn kennis van de Griekse mythologie. Op zijn energieke tweede album met de apocalyptische titel The Very Last Day komt het allemaal samen. En dan gaan we ook nog allemaal dansend ten onder. Lachend zelfs. Millsaps bezoekje aan de vrije popgemeente van Paradiso op 21 augustus zal louterend werken.
Tegelijk een serieuze en een vrolijke inslag
Zo’n jonge levenslustige singer-songwriter als Parker Millsap (24) met tegelijk een serieuze en een vrolijke inslag kan ons nog een hoop leren. Hij begint er dan ook meteen mee op zijn tweede plaat, die voor de goede orde niet vindbaar is op Spotify in ons land (wel zijn oudere werk). Op de openingstrack Hades Pleads gaat hij in op de Oudgriekse mythe van Hades en Persephone. De heerser van de onderwereld is verliefd op Persephone, de schattige dochter van oogstgodin Demeter, en ontvoert haar zonder pardon. Parker corrigeert dat beeld: Hades is geil op het meisje. Ja zo kun je het ook bekijken.
Een wintertje binnenblijven voor een nieuw album
Het centrale thema van de plaat, de Apocalyps – het einde der tijden – komt in heel veel religies voor. Hij kent het uit zijn eigen Pentecostal Church uit zijn jeugd en van de oude Grieken, maar het heeft evengoed een oude Joodse en Islamitische basis. Millsap, die zijn religie niet meer praktiseert, heeft zijn belangstelling echter niet verloren. Voor het album The Very Last Day (2016) deed hij inspiratie op door naar films te kijken als The Walking Dead en Cormac McCarthy's The Road te lezen thuis op de bank in de koude, kleurloze winter van Oklahoma. Hij is een wintertje binnengebleven, om er weer uit te komen met de 11 tracks voor het album, dat hij met zijn band en co-producer Gary Paczosa heeft opgenomen.
Dansen op de vulkaan
Zing en dans met Millsap mee. Ten onder gaan we toch wel, dan maar beter goed. Hij laat onze laatste dag plaatsvinden door een nucleaire ramp. Niks meer aan te doen boys en girls, het is zoals het is, dansen op de vulkaan:
You know there
Ain’t no reason
Being so afraid
You can try to hide
But it’s gonna get you anyway
When I see that cloud
Gonna sing out loud
Lift my hands and say
Praise the Lord
It’s the very very very last day
The Very Last Day
Een bluesy insteek
De meeste van zijn songs hebben een bluesy insteek. In zijn founding years had hij een zwak voor gitaristen als Clapton en Stevie Ray. Zijn grootste held is Howlin’ Wolf. Niet zo heel vreemd dat zijn muziek dan een bluesy touch heeft, zonder echt blues te zijn. De track Pining leunt zwaar op rhythm ’n blues. Bo Didley’s junglebeat vormt de ondergrond. Vocaal zit hij ergens tussen Steve Forbert en Garland Jeffreys in, singer-songwriters uit de seventies die nog altijd actief zijn. In de video van Pining is hij eerder de jonge Springsteen met de nostalgisch aandoende Amerikaanse slee. De achtergrond is net als in oude Hollywoodfilms op een scherm geprojecteerd waarvan de randen opzettelijk zichtbaar zijn gemaakt.
Pining
Worstelen met religie
Over The Boss gesproken: Heaven Sent heeft een The River-achtige grandeur. De hoofdpersoon, een domineeszoon, worstelt met zijn religie en gay zijn. Ook de meest rockende track Hands Up, over een soldaat die terug uit de woestijnoorlog z’n gezin weer te eten moet geven, kan zo gedraaid worden na Springsteens Cadillac Ranch. En ook hier staat de soldaat weer recht tegenover de preacher. De geschiedenis leert ons dat oorlog en religie vaak samengaan, maar in wezen niet te rijmen zijn.
Music for the mind and music for the body
Die Millsap is gewoon een betrokken kerel, die het waardevolle dat hij heeft opgestoken in zijn kerkjaren inventief en uitdagend heeft verwerkt in zijn teksten. Ook de gospels in de kerk zijn niet ongemerkt aan hem voorbijgegaan zoals blijkt uit het titelnummer, dat als een waar scharniernummer halverwege het album staat. Mind you: Parker Millsap maakt geen religieuze muziek. Ook is hij geen vertegenwoordiger van Christian music. Hij put uit religie en zet tegelijkertijd onze hersenen en voeten aan het werk. Een wel heel speciale invulling van het begrip music for the mind and music for the body. Apocalypse now!
Tekst door: Robbert Tilli