Het jongensgevoel bij Dawes is intact gebleven

…En toen namen ze producer Dave Cobb in de arm. En ja, je hoort de hand van de meester onmiddellijk terug in het zevende album van Dawes, Good Luck With Whatever. Laat dit glorieuze moment in de nu reeds elf jaren durende carrière van de Americanaband uit LA nou precies samenvallen met het grootste moment van inspiratie van frontman songwriter Taylor Goldsmith. We krijgen ze op hun best dus. De songs gaan over heel herkenbare thema’s voor bands die opgroeien: het moment dat ‘huisje, boompje, beestje’ het leven binnensluipt. Je voelt je nog jong, maar intussen… Dat wordt hier prachtig verwoord.
Tweesprong in het leven
Ineens sta je op zo’n tweesprong in je leven, zo’n moment dat iedereen wel kent, maar dat bij bands die ‘een imago hebben op te houden’ altijd veel harder aankomt. De band krijgt niet alleen vrouwen, maar ook kinderen. En dan? Taylor Goldsmith en zijn vrouw, singer-songwriter en actrice Mandy Moore verwachten een baby. Dat heeft de bovenkamer van deze rijk getalenteerde liedjesschrijver wel in gang gezet. Hij voelt alle verantwoordelijkheden op zich afkomen, maar hij voelt zich ook nog jong. Wat dan?

Geen conceptalbum, maar toch
Zonder de plaat nu direct te willen kwalificeren als een conceptalbum, mag je zeker wel beweren dat Goldsmith in beslag is genomen door het proces van ouder worden. Ach, daar hebben we allemaal weleens last van. Hij opent en besluit het album met deze overheersende thematiek in twee nummers die goed laten zien dat Cobb de balans tussen elektrische rock en akoestische folkrock heeft geëerbiedigd. De rust van het vorige album Passwords (2028) is niet compleet overboord gegooid.
Het jochie dat hij altijd was
Laten we eens luisteren naar het rockende openingsnummer Still Feel Like A Kid. Met een paar goed gekozen voorbeelden zet Goldsmith neer wat erin hem omgaat. Hij is een mid-dertiger nu, maar hij voelt zich nog altijd als het jochie dat hij altijd was. Hoe ga je om met zo’n situatie? Hij schrijft het van zich af in een topnummer. Te oordelen aan de instemmende publieksreacties bij de optredens is hij niet de enige die ermee zit.
I just asked my folks not to pay my rent.
But I still feel like a kid.
Finally learned what NASDAQ meant.
But I still feel like a kid.
My whole week's booked with dinner plans.
But I still feel like a kid.
I'm about to be a married man.
But I still feel like a kid.
Still feel like a kid.
(Ba, ba, ba-da-da, ba, ba, ba)
Still feel like a kid.

Still Feel Like A Kid
Het feest der herkenning
Dan schakelen we nu meteen maar even door naar het slotnummer, de ballad Me Especially, waarin deze thematiek nog eens terugkeert. Het is haast nóg duidelijker, nóg meer in-yer-face. Met meer rust gebracht komt de klap in je smoel veel harder aan dan bij dat net besproken openingsnummer. Ook hier is de bijval van hun publiek steeds heel groot. Het is dan ook het feest der herkenning. Geef ‘t maar toe.
Why am I still the youngest guy my age?
('Cause we're not as young as we used to be)
Why am I still reading the same page?
I know it's hard for everyone but me especially.
(And it goes for everyone but me especially)
And you especially.

Me Especially
Springsteensiaans
Tussen deze tracks als piketpaaltjes gebeurt nog heel veel. Laten we het nu eens over de invulling hebben. In de maand waarin een nieuw album van Bruce Springsteen & The E-Street Band is verschenen, zien we hoe groot de invloed van The Boss nog altijd is.
In minstens drie songs zijn er aanknopingspunten met de albums Born To Run (1975) en Born In The USA (1984). Achtereenvolgens is dat hoorbaar in None of My Business, Who Do You Think You’re Talking To en Free As We Wanna Be. Het is géén epigonisme, maar vooral toetsenman Lee Pardini zit van alle bandleden muzikaal wel het meest in die invloedssfeer.

Who Do You Think You’re Taking To?]
Lekker spelende band
Dawes zit toch al goed in de muzikanten die echt kunnen spelen. Taylors broer, drummer Griffin Goldsmith en bassist Wylie Gelber vormen een geolied ritmetandem, terwijl de bandleider zelf een uitstekende gitarist is. Hij is niet vies van het spelen van een goede gitaarsolo. Dave Cobb is de mastermind die dit allemaal in goede banen heeft geleid in de beroemde RCA Studio in Nashville. Je mag wel zeggen dat-ie zijn toverstok weer eens heeft gebruikt. Het klinkt allemaal fantastisch en organisch.

St. Augustine at Night
Breder scoren
Leuk om te zien is dat oorspronkelijk bandlid Blake Mills wederom een cameo doet. Net als de dit jaar bijzonder actieve Matt Sweeney krijgt hij de credits voor het met Taylor Goldsmith meeschrijven aan Who Do You Think You're Talking To? Voor sommigen zal dat lied een beetje op het randje zitten bij wat ze nog ‘toelaten als Americana’. Het is waarschijnlijk Dawes’ enige kans op een draaibeurt op FM radio.
Alhoewel…, er is er nog een. Didn’t Fix Me dat niet alleen qua titel lijkt op Fix Me van Coldplay maar ook met zijn kalme atmosferische ‘cleane’ gitaarlijn. Zo’n nummer zou echt breder moeten kunnen scoren. Hopelijk helpt het dat hun zevende album hun labeldebuut is voor het onvolprezen Rounder Records, toch een major onder de Americana en rootslabels. Een hit zou ook verdiend zijn, zeker met die baby op komst.
Tekst door: Robbert Tilli

Didn’t Fix Me