Programma
Nieuwsoverzicht

Het favoriete Americana-/rootsalbum aller tijden | Deel 4: Los Lobos – Kiko (1992)

20 maart, 2020

Los Lobos Kiko 1992

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen. De concertbezoekers draaien nu waarschijnlijk meer muziek dan ooit. We dachten: laten we een leuke serie gaan beginnen. Vandaag deel 4 uit ons feuilleton: Het favoriete Americana-/rootsalbum aller tijden. Sugar Mountain huisblogger Robbert Tilli mikt zijn pijlen op Kiko, het magmum opus van Los Lobos uit 1992. Spannend en adembenemend mooi.

De meest innovatieve band in Americana

La Bamba? Rot op! Toegegeven, de bloedmooie cover van het Ritchie Valens-nummer voor de gelijknamige film uit 1987, de biopic over de bij een vliegongeluk (samen met Buddy Holly en The Big Bopper) omgekomen eerste Chicano rocker uit de geschiedenis, heeft de band uit East L.A. veel gegeven. Maar het heeft ook veel ‘kapotgemaakt’, in het bijzonder bij de perceptie van het publiek van deze meest innovatieve band in Americana, die qua muzikaal experiment zelfs bands als Radiohead en Wilco het nakijken geeft.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Robbert Tilli op OIABM 2019

Kiko is hun magnum opus

Kiko uit 1992 is hun magnum opus. Ronduit briljant. Maar de gemiddelde toeschouwer komt alleen voor La Bamba. De echte liefhebber wil het liefst de ‘parels voor de zwijnen’-plaat Kiko integraal horen. Ik wel althans. Niks ten nadele hoor van de meer oppervlakkige muziekconsument, want ik begrijp dat het nogal arrogant kan overkomen. Maar zo is het zeker niet bedoeld. Los Lobos verdient gewoon een betere plek in onze beleving. De band behoort onder de meest vernieuwende uit de popgeschiedenis te worden gerangschikt. Wie ze alleen ziet als leuke traditionalisten verlangt natuurlijk een nadere verklaring.

Just another band from East L.A.

Aanvankelijk lijkt het er helemaal niet op dat de Mexicaanse band uit Los Angeles iets anders is dan dat. Een Mexicaanse band. In 1978 brengt Los Lobos – Spaans voor De Wolven – als een geheel Spaanstalig album uit, Los Lobos del Este de Los Angeles (Just another band from East L.A.). Daar weten wij helemaal het bestaan niet van als ze in 1983 met het toen gangbare formaat van een minialbum komen op het befaamde Slash Records-label, tevens het huis van in roots gedrenkte bands als The Blasters (met de gebroeders Dave en Phil Alvin), The Gun Club, Violent Femmes, BoDeans en The Del Fuegos.

Van Anselma tot Bestel Mar

…And A Time To Dance heet die plaat met zeven liedjes, Tex-Mex liedjes in het Spaans en zuivere rock ‘n’ roll-nummers. De track Anselma zou nog door Rowwen Hèze worden omgebouwd tot Bestel Mar, een nummer dat voor de Limburgers dezelfde uitwerking zou hebben als La Bamba voor Los Lobos. Dat werkt biersmijterij in de hand. Het is niet zo raar dat Jack Poels nu met een soloalbum uitkomt waar hij eindelijk eens zijn sterke balladskant ongestoord mag gaan uitventen.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Anselma | Live @ Ritz (1987)

Eerste bescheiden doorbraakje

Het eerste concert in Nederland in oude zaal van De Melkweg gaat de geschiedenis in als lang en bijzonder gevarieerd. Een waar muziekfestijn. Dat Los Lobos veel in zijn mars heeft is dan al duidelijk. Een eerste doorbraakje volgt met het volledige album How Will The Wolf Survive? van een jaartje later. Weer geproduceerd door de almachtige T-Bone Burnett plus de van The Blasters overgekomen saxofonist Steve Berlin levert het zelfs een bescheiden hitje op in Nederland. Het Creedence-achtige Will The Wolf Survive is een nummer dat goed past bij de toenmalige golf van gitaarrockbandjes.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Will The Wolf Survive

Hybride in de maak

Elke volgende plaat doet de band er een schepje bovenop en nemen ze het muzikale ‘concept’ een klein stukje verder. De nummers zijn nog steeds gescheiden Spaans en Engels, maar je voelt dat er een hybride in de maak is. Bij By The Light Of The Moon (1987) weer met T-Bone, de absolute favoriet van mijn legendarische helaas te jong overleden vroegere OOR-collega Geert Henderickx, is weer beter dan zijn voorganger.

De band heeft twee zangers, de beide gitaristen. Je hebt David Hidalgo met de honingzoete zangstem, die zo mooi is dat John Hiatt zei, dat je hem gerust een menukaart kon laten zingen. Het zou hoe dan ook onder alle omstandigheden altijd mooi blijven. En er is Cesar Rosas, met zijn stoere rockstem. Op het openingsnummer van dat album, One Time One Night, geeft Hidalgo een demonstratie van zijn kunnen. Op het volgende nummer, Shakin’ Shakin’ Shakes, is het de beurt aan Rosas. Tuurlijk drummer Louis Pérez zingt ook, maar zijn tijd zal nog komen. Zijn rol binnen de band groeit gestaag per album.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Shakin’ Shakin’ Shakes

Gigantische muzikale ontwikkeling

Dat album klinkt als een klok, met ook een mooie gastrol voor Mitchel Froom op keyboards. Ik weet niet hoe vaak ik die plaat nog steeds draai. Misschien is het wel mijn meest gedraaide Los Lobos-album. Toch vind ik hem artistiek gezien niet de beste. Het mooie eraan is ook dat ze pas halverwege hun proces zitten. het ultieme bouwwerk moet nog gebouwd worden. Maar de fundamenten liggen.

La Bamba vormt een begrijpelijke maar hinderlijke onderbreking. Begrijpelijk, want wie had anders die muziek van zo’n film moeten verzorgen? ‘Hinderlijk’ vanwege de vervelende connotaties in de rest van hun carrière, waarbij ik niet het financiële gewin bedoel. Zo’n band moet voor hun gezinnen ook geld verdienen. Het kan niet alleen maar kunstzinnig zijn, daar koop je geen brood van. Maar voor de perceptie van hun werken is het lastig. De gigantische muzikale ontwikkeling wordt niet zo ervaren.

De laatste tussenstap op weg naar het meesterwerk

Er volgt weer net als hun ‘eigen beheerdebuutje’ uit 1978 nog zo’n stralende, geheel Spaanstalige plaat La Pistola y El Corazón (1988). The Neighborhood (1990) is de laatste tussenstap op weg naar het meesterwerk Kiko. De experimenteerzin is toegenomen, vooral dankzij Louis Pérez, die zich steeds meer als de musical director van de band ontwikkelt. Als medecomponist heeft hij sowieso altijd een groot aandeel. Op het openingsnummer van die plaat Down On The Riverbed, zingt Hidalgo boven op een met elektronica gestut basloopje. John Hiatt, hun grootste fan, zingt tweede stem. Wát een muzikaal genot.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Down On The Riverbed

Het muzikale bouwwerk is voltooid

En dan is het 1992 en het muzikale bouwwerk is voltooid. Anders dan Gaudí’s Sagrada Família basiliek in Barcelona is deze kathedraal wel afgebouwd. wat je al jaren had zien aankomen is nu gebeurd: de Mexicaanse en Amerikaanse elementen zijn helemaal in elkaar gevloeid. Elementen van andere etnische muziekstijlen en avant-garde zijn naadloos in het geheel opgenomen. Alles is samengekomen.

Maar het is nog steeds Los Lobos, die band van La Bamba. Maar dan geheel gevormd naar hun eigen wensen en voorwaarden. Ze hebben hun traditionele muziekstijlen getild naar iets hogers, zonder hun afkomst ook maar een moment te verloochenen. Er wordt gespeeld en gezongen met hetzelfde gemak en muzikaliteit als waarmee de jazzgroten spelen. Het is nooit klinisch, live durven ze echt nog wel te zweten en spelen ze ook hun oude nummers. Maar er is meer bijgekomen. Het is overweldigend.

Dit is muziek die hypnotiseert

Ook Kiko opent met een nummer dat je levenslang zal bijblijven. Met het door Hidalgo gezongen Dream In Blue legt de band meteen alle kaarten op tafel. De invloed van Froom, ditmaal in touw als producer is meteen hoorbaar door het sterk percussieve karakter van de muziek. Producers geven áltijd hun visitekaartje af met hun drumgeluid. Kijk bijvoorbeeld naar Glyn Johns bij de Stones.

De baslijn is zo rustig, de sax meandert door de percussie heen, terwijl de gitaar kleine accentjes legt of scheurt en schuurt in de achtergrond. Dit is muziek die hypnotiseert. Welke gerechten er op de ‘menukaart’ van Hidalgo staan? Man, man wat zingt hij weer veel beter dan welke andere zanger ook.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Bijna ‘minimal Tex-Mex’

Angels With Dirty Faces is bijna ‘minimal Tex-Mex’ met een sterk cinematografisch kantje. De bas klinkt zwaar dreigend als een onweersbui op een paar kilometer afstand die rapper naderbij komt. De slaggitaar doet alleen het hoogst noodzakelijke, percussie klinkt als de eerste regendruppels.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Angels With Dirty Faces | Live (2013)

Alsof je naar een film van Charlie Chaplin zit te kijken

De titel van de plaat komt terug in het verbijsterend originele Kiko And The Lavender Moon, met de baritonsax van Steve Berlin in een soort interbellum modus. De jaren twintig van de vorige eeuw in de jaren twintig, alsof je naar een film van Charlie Chaplin zit te kijken. Hidalgo’s stem en accordeon geven het lied zijn extra toegevoegde waarde, terwijl Rosas een bloedsimpel gitaarmotiefje door de muziek vlecht.

Een band die dit kan, is echt een heel grote. Niet voor niets wordt Los Lobos vaak met The Band vergeleken, vanwege de (drie) verschillende zangstemmen en instrumentbeheersing, maar in het bijzonder ook de omgang met de tradities die met veel respect naar een nieuwe tijd worden overgezet.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Kiko And The Lavender Moon

De man met de touwtjes strak in handen

Drie zangstemmen?’ hoor ik de kritische lezer vragen. Er waren toch maar twee zangers? Nou, dat zit zo, ook Pérez zingt nu. Saint Behind The Glass trekt hem vanachter zijn drumstel weg. Live staat hij tegenwoordig ook met een gitaar in zijn handen. Andere drummers mogen op het podium dat werk van hem overnemen. Live lijkt hij ook de man te zijn die de touwtjes strak in handen neemt. Hij mist vanwege de wat professorabele indruk die hij maakt met zijn brilletje op echter de podiumuitstraling van de tandem Hidalgo/Rosas. En dan is er ook nog bassist Conrad Lozano die zijn nootjes overal tussen propt.

LONGREAD // BLOG (DEEL 4) - Concerten mogen dan vanwege het coronavirus afgelast zijn de komende tijd, maar Sugar Mountain laat zich er niet onder krijgen.

Saint Behind The Glass | Live (2013)]

Ze gaan maar door

Ook zoiets: van elke echt goeie band, kun je namen van de bandleden zo opnoemen. Zulke bands wijzigen ook nooit van samenstelling. Die gaan maar door. Los Lobos ook. In 2012 spelen ze bij de dertigste verjaardag van Kiko live het album nogmaals integraal, waar later ook een mooie DVD van uitkomt. Na Kiko is Los Lobos blijven experimenteren. Colossal Head uit 1996 gaat velen te ver. Mij kunnen ze niet ver genoeg gaan, maar zo goed als Kiko wordt het niet gauw meer. Los Lobos staat op de Sugar Mountain agenda voor 15 mei. Als dat maar doorgaat…, we kunnen het slechts hopen.

Tekst door: Robbert Tilli
Als het doorgaat…: koop hier je kaarten voor Los Lobos op 15 mei in Paradiso.