What's on
News overview

Public Practice danst op de vulkaan van 2020

20 May, 2020

Public Practice Gentle Grip 2020

Elke muziek heeft zo zijn eigen omloopsnelheid, maar vroeg of laat komt-ie een keer terug. Met Gentle Grip van het New Yorkse Public Practice zijn we in één klap terug in twee punkfunk-tijdperken, die van de originelen rond 1980 met Talking Heads en ESG, en die van zijn eerste opleving om en nabij 2004 met LCD Soundsystem en The Rapture. Als je maar lang genoeg doorgaat, dan wordt alles vanzelf weer hip, gaat het weer een keer uit en wordt het wederom weer trendy. Het jaar 2020 vraagt om een dansje op de vulkaan, daarom is dit een heel welkom plaatje met vergezichten op een toekomstige London Calling.

Niet ver van Wide Awake

Laten we eventjes wat dichter bij het huidige tijdsgewricht blijven. De muziek van Public Practice zit voor de indiekids of today ergens tussen Parquet Courts’ Wide Awake en Bodega’s How Did This Happen?, ook allebei afkomstig uit New York. Public Practice is de optelsom van zangeres Sam York en Vince McClelland uit WALL plus bassist Drew Citron en drummer Scott Rosenthal uit Beverly, twee voorlopers uit the Big Apple. Wat je krijgt na al dat bijeentellen is een eigentijdse variant op punkfunk van NYC-snit. Alhoewel, contemporain is een groot woord, want zo’n groot verschil met het verleden is er niet.

​Elke muziek heeft zo zijn eigen omloopsnelheid, maar vroeg of laat komt-ie een keer terug.

Public Practice

Punk, funk en disco

Voor oldtimers zoals ondergetekende is dit gesneden koek, maar dat maakt het eten ervan niet minder leuk. Veertig jaar geleden stonden art-rockers Talking Heads aan de wieg van het samenbrengen van punk, funk en disco. Public Practice doet dat nu. Dat mag. En ze doen het nog goed ook. Je hoort er ook veel in terug van de no wave-beweging uit het New York kort na de heftigste punkerupties.

Typisch New York, via Talking Heads en no wave

Nu eerste even een beetje geschiedenis en context. Het waren James Chance & the Contortions soms ook James White & The Blacks geheten die een vat olie op het vuur smeten met hun tegendraadse rafelige punkjazz met knettergekke oerkreten. Het lokale ZE Records met o.a. Lizzy Mercier Descloux en Kid Creole & The Coconuts was de grote gangmaker.

Via het 99 label kwam het ‘waanzinnig (s)lome’ en tegelijk groovy dameskwartet ESG voorzichtig aan de funkboom schudden. In Joy Division-producer Martin Hannett, die ervaring had met funky wave dankzij A Certain Ratio, hadden zij de ideale geluidsarchitect gevonden voor hun minimalistische funk.

​Elke muziek heeft zo zijn eigen omloopsnelheid, maar vroeg of laat komt-ie een keer terug.

Live in New York

De Britse familie

Tegelijkertijd had je in het Verenigd Koninkrijk de maniakale postpunk bands Gang of Four en The Pop Group die een slinger aan het begrip groove gaven, terwijl de legendarische meidenpunkgroep The Slits hun eigen funk- en disco-idioom hadden gecreëerd. Vergeet ook niet John Lydon’s Public Image Ltd (PIL).

Aan beide kanten van de oceaan heerste korte tijd een soort postindustriële disco- en funkgolf gebouwd op de smeulende resten van punk. Kwam New York met de Bush Tetras en Liquid Liquid, dan kwam Edinburgh met The Fire Engines, die nog een verdiende re-release hebben gekregen op Domino Records het label van Arctic Monkeys. De uit elkaar gedonderde (maar vijf jaar geleden weer heropgerichte) Pop Group, leverde weer nieuwe bands op Rip Rig & Panic, Maxium Joy, Pigbag en Mark Stewart + Maffia.

Het mag weer

In de jaren 2004-2005 werden de jaren 1979-1982 in een totaal veranderd muzikaal klimaat nog eens dunnetjes overgedaan in New York met LCD Sound System en The Rapture en Franz Ferdinand in Glasgow, die er alle drie hun eigen creatieve draai aan gaven.

Het mag onderhand dus wel weer een keer. Genoeg kennisspuierij. Daar is Public Practice! Veel voegen ze niet toe. Maar welkom zijn ze wel. Geen stad waar de verveling - zoals nu met corona – altijd beter bestreden wordt dan in New York. In elk denkbaar genre eigenlijk. Maar juist nu met al dat binnen zitten, geen optredens, is een ‘dansband’ een uitkomst. Zet de tafels en stoelen maar aan de kant en dans op de vulkaan van onze tijd in je eigen huis- of slaapkamer. Daar hoeft geen stream bij. Hooguit een kratje bier.

​Elke muziek heeft zo zijn eigen omloopsnelheid, maar vroeg of laat komt-ie een keer terug.

My Head

Na bonkige maanlanding terug in the city

Het meest afwijkende nummer van de plaat is direct het openingsnummer Moon met zijn dreigende synths loop. Mogelijk dat juist bij deze wat bonkige maanlanding de eerste luisteraars al afhaken. Niet doen! Meteen daarna zij we alweer op aarde in Cities. Die titel was eigenlijk al vergeven aan een liedje van Talking Heads op Fear of Music (1979). My Head, een van de singles is poppy en vol percussie in de lijn van Tom Tom Club. Geen wonder, want dat was de helft van Talking Heads, ritmetandem Tina Weymouth en Chris Frantz.

In het noisy How I Like It horen we Vince McClelland op lead vocals. Disposable betreedt het bumpy terrein van Gang of Four. De gitaar volgt het spoor uitgehakt door de bijl met snaren van Andy Gil, de onlangs overleden gitarist van de band uit Leeds. Underneath is punkfunk doorsneden met gekke geluidjes en een synthsolo die klinkt als gitarist Adrian Belew op z’n ruigst bij Bowie of Talking Heads. ESG duikt op in de tot op het bot zo kale tracks See You When I Want To en Leave Me Alone.

​Elke muziek heeft zo zijn eigen omloopsnelheid, maar vroeg of laat komt-ie een keer terug.

Compromised

Tafels en stoelen aan de kant

Compromised, dat gaat over het dilemma consumeren of duurzaam en bewust leven, is meer punky pop zoals Arctic Monkeys op hun eerste twee platen, maar dan met een zangeres. Niet alle vergelijkingen waarover je leest zijn even goed getypeerd. Voor B-52’s zijn ze niet gek genoeg, voor Blondie ten tijde van Atomic en Rapture zijn ze niet hitgevoelig genoeg. Maar als dansschoenen tijdens corona boredom vind je geen betere dan het paar om de voeten van Sam York. We waren er aan toe om het - thuis weliswaar - van ons af te dansen. Gentle Grip komt precies op tijd. Tafels en stoelen aan de kant.

Tekst door: Robbert Tilli